zondag 30 november 2014

Kuş yuvası poğaça (Turkse zachte gevulde 'vogelnest'broodjes)

Zondag is bij ons thuis echt een dag waarop niets hoeft. De meiden lopen in hun pyama rond en ik grijp vaak de gelegenheid aan om even lekker in de keuken iets in elkaar te prutsen voor de lunch. Deze kuş yuvası poğaça (Turkse zachte gevulde 'vogelnest'broodjes) stonden al lang op mijn 'to bake'-lijstje maar zijn typisch van die broodjes die je niet even tussendoor maakt, maar die wel de moeite van het bakken meer dan waard zijn. Ze zien er leuk uit maar belangrijker: ze zijn heerlijk zacht en zowel warm als koud is de kaasvulling heel erg lekker.


In het originele recept wordt een iets andere vulling gebruikt: ik heb wat extra kruiden aan de kaas toegevoegd, maakt het nog lekkerder! Er gaat een eitje door de kaas om die wat meer stevigheid te geven en te voorkomen dat de vulling uit de broodjes loopt. Natuurlijk kun je de broodjes ook met iets anders vullen: kies dan wel voor een vulling die niet al te nat is en stevig blijft, zoals gehakt. Oh, en de roomboter op de foto ligt daar voor de sier: ik dacht die nodig te hebben, maar dat bleek niet het geval. Hij staat dan ook niet tussen de ingrediënten in het recept.



Turks recept
Kuş yuvası poğaça (Turkse zachte gevulde 'vogelnest'broodjes)

Benodigdheden (voor ongeveer 25 broodjes)

Voor het deeg
800 gram bloem (eventueel nog wat meer)
400 ml melk
135 gram zonnebloemolie
25 gram suiker
2 eieren (houd 1 eigeel apart voor het bestrijken)
7 gram (1 zakje) droge gist
7 gram zout

Voor de vulling
2 plakken (400 gram) Turkse witte kaas
1 ei
1 handvol platte peterselie
gedroogde dille, munt


Bereiding
Scheid één van de eieren en hou het eigeel apart voor het later bestrijken van de broodjes. Klop het eiwit los met het andere ei in de melk. Voeg de suiker en gist toe en roer er ook de olie door. Voeg dan de bloem en het zout toe en kneed het tot een soepel deeg. Het kan zijn dat je wat extra bloem nodig hebt, het deeg mag niet meer aan je handen of aan het werkblad blijven plakken. 


Leg de deegbol in een kom, dek deze af met bijvoorbeeld wat plastic en zet het een uur weg om te laten rijzen. Maak ondertussen de vulling klaar: snij de peterselie fijn en prak de kaas. Meng deze met ei, de peterselie, munt en dille. Als het deeg gerezen is, pak je een bolletje deeg ter grootte van een ei. Duw deze met je hand uit tot een rondje en steek er een rondje uit dat net wat kleiner is (ik gebruikte een koekjesuitsteker, maar met een glas kan het ook). Trek het buitenste randje los, verdeel het in twee strengen en rol deze om elkaar heen.


Leeg het deegrondje op een met bakpapier bekleedde bakplaat. Vouw de deegstreng tot een cirkel en leg deze bovenop het rondje (de cirkel moet op de randen van het deegrondje vallen, niet ernaast). Neem een flinke eetlepel vulling en vul daar het vogelnestje mee. Duw de vulling een beetje aan zodat alles mooi stevig vast zit. Werk zo al het deeg af. Laat de broodjes afgedekt met een theedoek nog een half uurtje rijzen. Klop daarna het resterende eigeel los met een scheutje melk en bestrijk hiermee de randjes van de broodjes. Bak ze in de oven gaar op 180 graden. Dit duurt ongeveer 30 minuten. Let op: de randjes moeten lichtbruin/goudbruin zijn zoals op de foto, als de broodjes te donker worden blijven ze niet zacht na het afkoelen.


Bewaren
Kuş yuvası poğaça (Turkse zachte gevulde 'vogelnest'broodjes) kun je goed afgesloten in een plastic zak twee dagen bewaren. Wil je ze langer bewaren, dan is invriezen ook geen probleem.


donderdag 27 november 2014

Şiş kebap (Turkse spiesjes met gekruid rundvlees)

Şiş kebap (Turkse spiesjes met gekruid rundvlees) is waarschijnlijk in Nederland één van de bekendste Turkse vleesgerechten. In Turkije zelf wordt şiş kebap eigenlijk alleen gegeten bij de 'mangal', de barbecue. Gelukkig hoef je deze Turkse spiesjes niet per se op de barbecue klaar te maken maar kun je ze ook gewoon bakken in de koekenpan, onder de grill van de oven, of, zoals ik vandaag deed, op de contactgrill. Şiş kebap is heel eenvoudig zelf te maken en vooral heel erg lekker!


Ik gebruik voor deze Turkse spiesjes rundvlees van de Turkse slager. Ik denk dat dit in de 'gewone' supermarkt als bieflapjes of iets in die trant verkocht wordt. Neem in ieder geval geen stoofvlees (dat wordt taai) en ook geen biefstuk, gewoon iets ertussenin ;) . Natuurlijk kun je in plaats van rundvlees ook kip of lamsvlees gebruiken. Het vlees moet minimaal een paar uur in de marinade staan. Hoe langer het marineert, hoe beter de smaken in het vlees trekken en hoe zachter het vlees wordt. Als het even kan zet ik het vlees 's avonds al in de marinade (in de koelkast) en dan kan het bijna 24 uur marineren tot we gaan eten. Extra lekker!


Turks recept
Şiş kebap (Turkse spiesjes)

Benodigdheden (voor 8 spiesjes)

300 gram rundvlees
2 eetlepels olijfolie
½ citroen
2 teentjes knoflook
zout, peper, paprikapoeder


Bereiding

Snij het rundvlees in blokjes. Doe het in een schaal en meng de olijfolie, citroensap en kruiden erdoor. Pers de knoflookteentjes uit en meng ook deze erdoor. Roer alles goed door, dek de schaal af en zet hem minimaal een paar uur (hoe langer, hoe beter) in de koelkast om de marinade in te laten trekken. 


Ga je de spiesjes op de barbecue bakken, leg de houten spiesjes dan even in water voor je het vlees eraan prikt, dan verbranden ze minder snel. Het hoeft natuurlijk niet, maar ik vind het lekker om de şiş kebap een beetje 'op te leuken' met ui en groene peper. Snij in dit geval eerst de pepers en ui in stukjes. Neem dan een spiesje en rijg het vlees met de ui en pepers eraan vast. Ga zo door tot al het vlees op is. Bak de Turkse spiesje gaar op de barbecue, contactgrill, grillpan, koekenpan of onder de grill in de oven.


Bewaren
Şiş kebap (Turkse spiesjes) kun je, eenmaal afgekoeld, het beste van de spiesjes afhalen als je ze wil bewaren. In de koelkast kun je het vlees afgedekt een dag bewaren.



zondag 23 november 2014

Supangle (Turkse chocoladepudding met gesmolten chocola)

Alhoewel de naam van dit gerecht is afgeleid van het Italiaanse 'zuppa inglese', lijkt supangle (Turkse chocoladepudding met gesmolten chocola) daar helemaal niet op. In dat raadsel ga ik me verder niet verdiepen, ik ga nu namelijk vertellen hoe óverheerlijk dit toetje was (ja, het is allang op!). Ik wist niet zo goed wat te verwachten, maar het is een heerlijk rijke, volle pudding met een fantastische chocoladesmaak, natuurlijk dankzij de gesmolten chocola die erdoorheen gaat. Heel anders dan de 'gangbare' chocoladepudding waar alleen cacaopoeder doorheen gaat. Nee, dit is het betere werk!


Het recept wat ik gebruikte voor deze supangle (Turkse chocoladepudding met gesmolten chocola) schrijft 120 gram chocola voor, en toevallig had ik dat precies nog in huis. Maar het zal net zo goed lukken met 100 gram dus als je geen overbodige chocola in huis wil halen (heel verstandig, haha) is een reep van 100 gram ook voldoende. Eventueel kun je het recept ook met melkchocola maken, de chocoladesmaak van de pudding zal dan wel minder intens en zoeter zijn. Verder is het een heel simpel recept, even het mengsel aan de kook laten komen, af laten koelen in schaaltjes en het kan op tafel. Dit recept was trouwens eveneens mijn eerste 'offline' publicatie: het stond in de novembereditie van het tijdschrift Al Nisa. Leuk! :)



Turks recept
Supangle (Turkse chocoladepudding met gesmolten chocola)

Benodigdheden (voor vijf personen)

120 gram pure chocola
800 ml melk
1 ei
175 gram kristalsuiker
40 gram bloem
3 eetlepels (30 gram) cacaopoeder
1 snufje zout
1 theelepel roomboter
een paar biscuitjes/lange vingers
1 scheutje melk


Bereiding
Hak de chocola fijn. Roer het ei los in de melk. Voeg vervolgens de suiker, bloem, cacaopoeder en zout toe en breng het geheel al roerend aan de kook. Zet het vuur uit zodra het mengsel kookt en roer er de fijngehakte chocola en de theelepel boter doorheen. 


Leg op de bodem van elk puddingschaaltje een biscuitje en bestrijk deze met wat melk. Giet er vervolgens de pudding overheen. Indien gewenst kun je ook meerdere laagjes biscuitjes in je vorm doen, dat deed ik in mijn glaasjes. Zet de pudding weg in de koelkast om helemaal af te koelen en op te stijven, minimaal 3 uur, liefst nog wat langer.


Bewaren
Supangle (Turkse chocoladepudding met gesmolten chocola) kun je in de koelkast een paar dagen bewaren.

donderdag 20 november 2014

Appelkruimel plaattaart

Appelkruimel plaattaart is ideaal als je snel veel lekker gebak nodig hebt. Het recept is simpel, je kan er alle kanten mee op, geen gedoe met deeg uitrollen of net neerleggen én je hebt binnen afzienbare tijd een bakplaat vol lekkere plaattaart. Ik maakte deze appelkruimel plaattaart in Turkije omdat we de volgende dag naar vrienden zouden gaan en ik iets mee wilde nemen. De foto's zijn daardoor niet zo geweldig als ik zou willen maar de smaak was dat zeker wél dus laat je daardoor niet afleiden! :)


Bij de meeste recepten voor gebak met appel staat dat je de appels moet schillen. Dat doe ik eigenlijk nooit en heb ik ook dit keer niet gedaan. De schilletjes geven extra smaak en daarnaast ook nog een leuk kleurtje aan het geheel. Je kan deze plaattaart met bijna alle denkbare soorten fruit maken: perzik of nectarine lijkt me heel lekker, of misschien bramen in combinatie met frambozen of andere bosvruchten...


Recept
Appelkruimel plaattaart

Benodigdheden (voor één bakplaat)
400 gram roomboter
5 waterglazen (550 gram) bloem
2 waterglazen (360 gram) kristalsuiker
1 zakje bakpoeder
2 theelepels zout
6 (kleine) appels
2 theelepels kaneel
1 eetlepel suiker


Bereiding 
Snij de boter in blokjes en meng met de bloem, suiker, bakpoeder en zout. Wrijf dit nu tussen je handen door om een kruimeldeeg te maken. Door de grote hoeveelheid zal het even duren voor een kruimeldeeg ontstaat maar geef niet op: na even goed kneden/verkruimelen komt er vanzelf een mooie kruimelig deeg tevoorschijn. Snij de appels in blokjes en meng er de kaneel en eetlepel suiker door.


Bekleed een bakplaat met bakpapier. Neem ongeveer 2/3 van het kruimeldeeg en duw dit aan op de bakplaat zodat er een bodem ontstaat. Verdeel hier de appels over en strooi vervolgens het resterende kruimeldeeg over de appels. Bak de plaattaart in de oven op 180 graden tot de bovenste kruimellaag goudbruin is, ongeveer drie kwartier.


Bewaren
Appelkruimel plaattaart kun je eenmaal afgekoeld prima een aantal dagen bewaren zolang je het luchtdicht bewaart.


zondag 16 november 2014

Marokkaanse salade van geroosterde puntpaprika

Alhoewel ik de Turkse keuken inmiddels goed ken, vind ik het ook leuk me te verdiepen in andere keukens van het Midden-Oosten. Vaak zie je dat in veel keukens dezelfde elementen terugkomen, maar dan net op een iets aangepaste manier. Het prachtige kookboek 'Uit Marokko' wat onlangs is uitgekomen is de perfecte manier om de Marokkaanse keuken wat beter te leren kennen. Ik maakte er vandaag deze Marokkaanse salade van geroosterde puntpaprika uit. 


Het kookboek 'Uit Marokko' is vorige maand verschenen. Het is een indrukwekkend boek, gemaakt van mooi materiaal en er is duidelijk veel zorg en aandacht aan besteed. Het boek is geschreven door Rob en Sophia Palmer. Sophie heeft Marokkaanse roots en tijdens een lange reis door Marokko gaan ze samen op zoek naar allerlei authentieke Marokkaanse gerechten. Het boek is niet alleen een kookboek maar zeker ook een reisverslag met veel aandacht voor tradities en de bevolking uit de verschillende streken van Marokko. De fotografie is werkelijk prachtig. Het enige wat ik wat minder vind, is dat de bladzijden 'mat' zijn (doet de foto's soms geen recht) en dat sommige foto's wat donker zijn (ik weet dat dat de trend is in foodfotografie, maar ik hou er zelf niet zo van). Dit kookboek is een aanrader voor iedereen die wat meer uit de Marokkaanse keuken wil koken: alle bekende (beghrir, duizend-gaten pannekoekjes) én minder bekende gerechten staan erin. Zeg maar het boek wat ik *ooit* graag nog over de Turkse keuken zou willen maken ;). 


Voor vandaag koos ik voor een smaakvolle salade uit dit boek. Door het gebruik van komijn en knoflook krijgt de salade net even een andere smaak. Het roosteren van paprika's is favoriet bij mij, ze worden er heerlijk zoet van. Dit is dan ook een ideale salade voor tijdens een barbecue, dan rooster je de paprika's even op de barbecue en maak je de salade terwijl het vlees gaart. Helaas was het vandaag bepaald geen barbecueweer, maar gelukkig kun je deze salade ook prima in de oven of op het gasfornuis bereiden.


Recept
Marokkaanse salade van geroosterde puntpaprika

Benodigdheden
2 rode puntpaprika's
2 (licht)groene Turkse pepers
3 tomaatjes
1 teentje knoflook
olijfolie
citroensap
zout, peper, komijn


Bereiding
Rooster de puntpaprika's en groene pepers. Dat kan op de barbecue, in de oven (half uurtje op 220 graden) of boven een gasvlam. Ik deed het laatste, want dat gaat behoorlijk snel én je hebt toch een beetje de rokerige smaak van een barbecue. Laat het steeltje zitten zodat je een handvat hebt om de pepers aan rond te draaien. Zorg dat vrijwel het hele oppervlak van de paprika's gekleurd is en dan ze een beetje 'inploffen' en zacht zijn. Leg ze vervolgens in een schaal en dek deze af met plastic. Laat de paprika's en pepers zo een paar minuten afkoelen.


Kruis ondertussen de tomaten in en leg ze even in kokend water. Ontvel ze vervolgens en snij ze fijn. Ontvel daarna ook de pepers en paprika's (trek het velletje eraf, of schraap het eraf met een mesje). Snij de puntpaprika's en pepers in dunne repen. Meng ze met de tomaten. Snij of pers het teentje knoflook heel fijn. Roer het los in wat olijfolie, voeg citroensap, zout, peper en komijn naar smaak toe. Breng de salade op smaak met deze dressing.


Bewaren

Marokkaanse salade van geroosterde puntpaprika is vers het lekkerst maar kun je eventueel afgedekt in de koelkast een dag bewaren.




Auteur: Rob & Sophia Palmer | ISBN: 9789461431028 | Pagina's: 290 | € 35,00

donderdag 13 november 2014

Peynirli cevizli erişte (verse Turkse pasta met kaas en walnoten)

Erişte is een Turkse pasta in reepjesvorm. Het is een typisch Turks product wat door veel mensen thuis wordt gemaakt. Vaak wordt dan de hele buurt of familie opgetrommeld om een dagje 'makarna' te komen snijden. Het pastadeeg wordt 's ochtends vroeg gemaakt. In tegenstelling tot Italiaans pastadeeg wordt dit deeg in grote ronde plakken uitgerold en dan even gebakken op de davul saç (rond houtgestookt oventje). Vervolgens gaat iedereen rond lage tafeltjes zitten en wordt het pastadeeg eerst in brede repen gesneden en vervolgens in dunne reepjes. Iedereen krijgt een paar zakken mee naar huis en zo kan men weer een tijd vooruit! Ik heb een paar zakken erişte van mijn schoonmoeder in de kast staan, maar je kunt het bij Turkse winkels hier ook kopen. 


Een van de bekendste gerechten die worden gemaakt met erişte is peynirli cevizli erişte (verse Turkse pasta met kaas en walnoten). De combinatie van walnoten met pasta klinkt misschien raar maar het combineert verrassend goed. Natuurlijk kun je hiervoor ook elke andere pastasoort gebruiken als je geen erişte tot je beschikking hebt. De langwerpige vermicelli die onder meer bij de Lidl (in zakken) wordt verkocht, lijkt ook erg op erişte en wordt door soms als alternatief voor erişte gebruikt.


Turks recept
Peynirli cevizli erişte (verse Turkse pasta met kaas en walnoten)

Benodigdheden (voor één persoon)
1 waterglas (85 gram) erişte (of een andere soort pasta)
1 klontje boter
1 handje Turkse witte kaas
3 walnoten
zout


Bereiding
Breng water (ongeveer twee keer zoveel als de erişte, dus 2 waterglazen in dit geval) met wat zout aan de kook. Doe er, als het kookt, het klontje boter bij en doe dan ook de erişte erin. Laat het aan de kook komen en kook de pasta met de deksel op de pan gaar. Giet het daarna af in een vergiet of zeef.


Hak ondertussen de walnoten fijn en verkruimel de kaas. Leg de erişte op een bord of schaal en strooi de kaas en walnoten eroverheen. Het 'hoort' officieel niet, maar wat platte peterselie vind ik er ook heel goed bij passen.


Bewaren
Peynirli cevizli erişte (verse Turkse pasta met kaas en walnoten) wordt plakkerig als het koud is, dus eet het gewoon lekker op!


zondag 9 november 2014

Tonijnpizza met roomkaas, dille en ui

Het is je misschien niet eerder opgevallen, maar ik hou niet echt van tomatensaus. Verse tomaten: heerlijk, kom maar door! Maar ketchup, rode pastasuzen...niet aan mij besteed. Vroeger lustte ik het echt niet, tegenwoordig eet ik het wel als het niet teveel overheerst, maar als ik de kans krijg maak ik een variant zonder tomatensaus. Deze tonijnpizza met roomkaas, dille en ui stond al lange tijd op mijn verlanglijstje.  Bij het maken van de pizza heb ik gewoon gebruikt wat er in de koelkast lag en het resultaat was echt fantastisch. Een heerlijke frisse, pittige pizza met een luchtige bodem, lekkere roomkaas met dille, natuurlijk tonijn en twee soorten kaas bovenop. Yum!


Ik had het recept bij The Orange Garden gezien en zo'n 'witte' pizza leek me eigenlijk wel heel lekker. Een beetje zoals mijn zalmpizza, maar dan anders. Het bosuitje op de foto heb ik uiteindelijk niet gebruikt, omdat de gewone ui me achteraf gezien toch al genoeg leuk voor een pizza. Maar natuurlijk kun je hem alsnog wel toevoegen voor wat extra pit. Een teentje geperste knoflook door het roomkaasmengsel had me ook lekker geleken overigens (maar ik had geen knoflook meer in huis). 



Recept
Tonijnpizza met roomkaas, dille en ui

Benodigdheden (voor één grote pizza)
1 portie zelfgemaakt pizzadeeg (of kant-en-klaar deeg, of een pizzabodem)
100 gram roomkaas
1 blikje tonijn op water
1 puntpaprika
1 ui
1 handje geraspte jonge kaas of kaşar 
1 bol mozzarella
1 hand verse dille
peper, paprikapoeder


Bereiding
Verwarm de oven voor op 230 graden. Snij de dille fijn. Roer de roomkaas los met de dille (hou een beetje dille apart), paprikapoeder en zwarte peper. Voeg eventueel een klein scheutje water toe om het mengsel goed smeerbaar te maken. Maak vervolgens de overige ingrediënten klaar: giet de tonijn af, snij de ui, mozzarella en puntpaprika fijn en rasp de kaas.


Rol het pizzadeeg uit tot een grote pizza (rond, ter grootte van je bakplaat) en leg hem op een met bakpapier bekleedde bakplaat. Smeer de bodem in met het roomkaasmengsel. Verdeel vervolgens de ui en paprika en daarna de tonijn over de pizza. Beleg de pizza tenslotte met de twee soorten kaas en strooi er nog wat dille overheen. Schuif de pizza in de hete oven en bak hem in een minuut of 10 mooi gaar: de randjes moeten goudbruin zijn, niet donkerder, want dan wordt hij hard. 


Bewaren
Tonijnpizza met roomkaas, dille en ui is de volgende dag ook nog érg lekker, warm of zelfs koud.