vrijdag 28 februari 2014

Yayla çorbası (Turkse yoghurtsoep)

De letterlijke vertaling van 'yayla' is bergplateau. Zo'n mooie groene vlakte waar koeien en schapen grazen zie ik dan voor me. In Turkije staat een 'yayla' ook vaak voor een mooie picknickplek in de bergen, heerlijk koel in de zomer! Yayla çorbası (Turkse yoghurtsoep) is dan eigenlijk ook 'plateausoep' en dan zal wel te maken hebben met de verse yoghurt die ze daar op die plateau's maken. Het is één van de bekendste soepen van Turkije en bijna iedereen is er gek op. Tsja...je moet er van houden, het is niet zo mijn ding (maar ik lust geen yoghurt, dus ja) maar mijn man én Wildebras en Krullenbol zijn er dol op, dus don't take my word for it!


Het recept voor deze Turkse yoghurtsoep is eigenlijk heel simpel: het is vooral een kwestie van blijven roeren om te voorkomen dat het gaat schiften. In plaats van rijst kun je ook bulgur aan de soep toevoegen. Het fijne van deze yoghurtsoep is dat hij goed houdbaar is: zeker als je hem eenmaal afgekoeld in de koelkast bewaard en telkens alleen maar hetgeen opwarmt wat je nodig hebt, blijft deze soep het makkelijk een paar dagen goed.


Recept
Yayla çorbası (Turkse yoghurtsoep)

Benodigdheden (voor drie personen)

5 waterglazen (1 liter) water
1 Turks theeglaasje (80 gram) rijst (gewone rijst, geen bewerkte rijst zoals snelkookrijst)
1 ei
2 waterglazen Turkse yoghurt
2 eetlepels meel
2 bouillonblokjes kip
2 eetlepels roomboter
munt, pul biber


Bereiding
Zet in een ruime pan de rijst op met 4 waterglazen (800 ml) water. Laat dit rustig doorkoken tot de rijst zacht is. Roer ondertussen in een ruime kom de yoghurt los met het ei, het meel en het resterende glas (200 ml) water. Voeg, als de rijst gaar is, een paar scheutjes van het kookwater toe aan dit mengsel zodat het niet meer ijskoud is. Voeg de twee bouillonblokjes alvast toe aan de rijst. 


 Voeg vervolgens rustig het mengsel toe aan de rijst terwijl je continu blijft roeren (dit is belangrijk om te voorkomen dat het gaat schiften). Blijf roeren tot het geheel aan de kook komt. Kijk hoe de dikte is: voeg eventueel nog wat water toe als je de soep wat dunner wil. Zodra het kookt kun je het vuur uitzetten. Verwarm in een klein pannetje de roomboter. Voeg, zodra de roomboter geheel gesmolten is, munt en pul biber (beiden naar smaak, ik doe meestal wat meer munt dan pul biber) toe, roer even goed door en zet het vuur dan uit. Serveer de soep met een beetje van de gesmolten boter erin gegoten.


Bewaren
Eenmaal afgekoeld kun je deze yayla çorbası (Turkse yoghurtsoep) afgedekt in de koelkast bewaren. Soms komen er klontjes in als het koud geworden is, maar door goed te roeren tijdens het opwarmen verdwijnen deze gewoon weer. Meestal is de soep na het afkoelen wat dikker geworden en voeg ik een beetje water toe tijdens het opwarmen.


woensdag 26 februari 2014

Quesadilla met salami, bosui, puntpaprika en kaas (foodblogswap)

Het is alweer het einde van de maand en dus weer tijd voor de foodblogswap, waarbij foodbloggers op Facebook een andere foodblog toegewezen krijgen om van te koken. Deze maand was dat voor mij de blog van Marijke, Marijke kookt. Een echte Vlaamse foodblog met heel veel afwisselende gerechtjes waarbij Marijke vaak werkt met seizoensproducten. Leuk om te zien! Helaas vielen veel zomerse gerechten af vanwege de ingredienten en uiteindelijk besloot ik te gaan voor een heerlijk gerechtje wat altijd goed smaakt: een quesadilla met salami, bosui, puntpaprika en kaas. Een quesadilla is de Mexicaanse versie van een Nederlandse tosti, in het kort komt het neer op een wrap vullen met kaas, groenten en vlees of vis en dan even in de koekenpan bakken tot de kaas gesmolten is. Snel en ontzettend lekker!


Een quesadilla had ik weleens eerder gemaakt, maar bij mij verschoven ze altijd in de pan doordat ik er twee op elkaar legde. Marijke maakt ze door ze dubbel te vouwen en dat blijkt een hele handige techniek te zijn: geen geknoei meer met draaien en prachtig goudbruine quesadilla's! Dit is ook typisch weer een ideaal gerecht voor restjesverwerking: vrijwel alles kan erin, zolang je de kaas maar niet achterwege laat. Mijn quesadilla van vandaag is gevuld met kalkoensalami, bosuitjes, paprika en wat platte peterselie. Maar ook met tonijn uit blik, kipfilet, gerookte zalm en bijna alle denkbare groenten kun je heerlijke combinaties maken. Ik bak quesadilla's altijd in de pan, maar je kunt ze ook in een contactgrill of zelfs in een tostiapparaat maken: het is maar net wat je handig vindt! Ik vind bakken in de pan fijner omdat ik daarbij het vuur hoger of lager kan zetten. In alle gevallen gebruik je geen olie of boter. Ik gebruik het formaat wraps waarbij er 6 in een verpakking zitten, dat past prima in mijn pan. Toch trek in een ander hapje? Daisy van Lekker Happen maakte mijn knapperige kipnuggets uit de oven voor deze foodblogswap!


Recept
Quesadilla met salami, bosui, puntpaprika en kaas (foodblogswap)

Benodigdheden (voor twee quesadilla's)

2 wraps
4 plakjes kalkoensalami
2 bosuitjes
½ rode puntpaprika
1 handvol versgeraspte (jonge) kaas


Bereiding
Snij de salami, paprika, peterselie en bosui in kleine stukjes. Neem een wrap en beleg achtereenvolgens met de kaas, de groenten, salami en sluit af met weer een laagje kaas. Vouw de wrap nu voorzichtig dubbel. Doe hetzelfde met de andere wrap. Leg ze beiden in een droge koekenpan en zet deze op het vuur. Ik gebruik de middelgrote pit maar zet hem wel op de hoogste stand: hierdoor wordt de quesadilla mooi bruin en knapperig. 

Duw tijdens het bakken af en toe even op de bovenkant van de quesadilla (met je hand als je vuurvaste handen hebt of met een spatel) om de quesadilla mooi aan elkaar te laten 'plakken' door de smeltende kaas. Hou de onderkant van de quesadilla in de gaten: zodra deze goudbruin gekleurd is, draai je de quesadilla om. Bak ook de andere kant goudbruin. En dan nu de truuk voor een perfecte knapperige quesadilla: leg de gebakken quesadilla even twee minuutjes op een rooster. Dit voorkomt dat je quesadilla door condens meteen slap wordt. Werkt ook perfect voor tosti's trouwens :). Snij de quesdilla's in punten en geniet!


Bewaren
Afgekoelde quesdilla's worden slap. Gewoon lekker alles opeten dus!


maandag 24 februari 2014

Yeşil mercimek salatası (groene linzensalade met groene kruiden)

Deze yeşil mercimek salatası (groene linzensalade met groene kruiden) at ik voor het eerst tijdens een picknick met vrienden in Turkije. Ik had mijn vriendin bij de voorbereidingen in de keuken geholpen en was verbaasd om te zien dat ze een salade van linzen aan het maken was: ik kende linzen eigenlijk alleen als ingrediënt van soep. Maar deze groene linzen koken niet kapot, zoals rode linzen, maar behouden hun vorm en zijn daarom ook prima op andere manieren te gebruiken. Zoals in deze linzensalade met veel groene kruiden. Makkelijk te maken en door de redelijk neutrale smaak van de linzen past het net als een 'gewone' rauwkostsalade eigenlijk overal bij.


Groene linzen kun je eventueel weken voor je ze gaat koken: dit verkort de kooktijd. Aangezien ik meestal pas 's ochtends bedenk wat er die avond op tafel gaat komen heb ik mijn linzen gewoon ongeweekt gekookt. Het duurde bij mij ongeveer drie kwartier voor ze gaar waren, maar dit kan ook nog verschillen per linzensoort. Doordat de linzen neutraal van smaak zijn, hoef je niet zuinig te zijn met de kruiden in de salade. Ik had helaas geen verse dille in huis dus heb ik gedroogde gebruikt: de volgende keer ga ik echter toch eerst dille kopen, want die smaak past juist zo goed bij deze salade en die miste ik nu wel een beetje. Voeg ook zeker genoeg zout en pul biber toe, en laat de smaken een paar uur intrekken voor je hem op tafel zet.


Recept
Yeşil mercimek salatası (groene linzensalade met groene kruiden)

Benodigdheden (voor drie personen)

1 Nederlands theeglas (150 gram) groene linzen
3 bosuitjes
1 handvol platte peterselie
1 handvol verse dille
sap van een halve citroen
olijfolie
zout, peper, munt, pul biber


Bereiding
Was de linzen onder koud stromend water. Doe ze in een ruime pan en zet ze met een ruime hoeveelheid (ongeveer drie keer zoveel water als de hoeveelheid linzen) water op het vuur. Breng ze aan de kook en laat ze (met de deksel op de pan!) rustig doorkoken tot ze zacht (gaar) zijn: dit duurt ongeveer drie kwartier, een beetje afhankelijk van de soort linzen die je gebruikt. Af en toe even omroeren en controleren of er genoeg water in de pan zit. Giet ze als ze gaar zijn af in een vergiet en laat ze even uitwasemen.


Snij ondertussen de bosuitjes, peterselie en dille fijn. Doe de linzen in een schaal en meng de bosuitjes, peterselie, dille, munt, zout, peper, pul biber, olijfolie en zout erdoorheen. Dek daarna de schaal af en laat zo de salade van groene linzen afkoelen. Doordat de linzen nog warm zijn nemen ze de smaken goed op. Proef, voordat je de salade op tafel zet, nog een keer: bij mij mocht er nog zout en citroensap bij.


Bewaren
Deze yeşil mercimek salatası (groene linzensalade met groene kruiden) kun je afgedekt een dag in de koelkast bewaren. Ook handig om de volgende dag mee te nemen als maaltijdsalade met bijvoorbeeld wat tonijn of kip erdoorheen gemengd.


donderdag 20 februari 2014

Lahmacun (zelfgemaakte Turkse pizza)

Ik heb zo'n vermoeden dat lahmacun (hier beter bekend als Turkse pizza) het bekendste en meest verkochte Turkse gerecht in Nederland is. Als mensen horen dat ik blog over Turkse recepten is de vraag vaak 'of ik ook een recept heb voor Turkse pizza'. Dat had ik tot voor kort niet, maar nu wel! En dan ook een echt een recept from scratch, dus waarbij zowel het deeg als het gehakt voor de Turkse pizza zelf gemaakt worden. Op deze manier is een Turkse pizza bijna gezond ;) maar even serieus, er is echt weinig ongezonds aan als je het op deze manier maakt. Het duurde even voor ik een goed recept voor lahmacun had waarbij de lahmacun echt zacht blijft en niet hard wordt na het afkoelen (want dat hoort niet: lahmacun moet zacht en 'oprolbaar') zijn maar dit recept is echt perfect. Een heerlijk zachte bodem met kruidig gehaktmengsel erbovenop....Als je dit één keer hebt geproefd wil je Turkse pizza altijd zelf maken, je bent gewaarschuwd!


Zelfgemaakte lahmacun wordt in Turkije meestal in een zogenaamde 'silex' gebakken, een soort contactgrill waardoor je beide kanten snel gaar bakt. Die heb ik niet, maar een pan met deksel (hapjespan, pizzapan kan overigens ook) werkt gelukkig net zo goed. Let op: Turkse pizza maak je niét in de oven want dan krijg je dus van die steenharde frisbees en dat willen we vandaag nou eens niet! Vaak wordt de vulling in de keukenmachine helemaal fijngehakseld, maar ik maak het altijd met de hand: ik hou wel van een klein beetje structuur. Onderstaand recept voor Turkse pizza gaat uit van de originele Turkse benadering en dus vullen wij de lahmacun alleen met gemengde sla. Natuurlijk staat het je vrij je Turkse pizza te beleggen met döner, kaas, knoflooksaus, sambal en andere zaken, maar dat is niet mijn manier: ik lust mijn lahmacun alleen met veel verse gemengde sla en peterselie, zoals ze in Turkije gegeten worden.



Recept
Lahmacun (zelfgemaakte Turkse pizza)

Benodigdheden (voor ongeveer 10 Turkse pizza's)
Voor het deeg:
500 gram bloem
1 zakje (7 gram) gedroogde gist
1 eetlepel (25 gram) Turkse yoghurt
2 eetlepels (20 gram) zonnebloemolie
1 theelepel (3 gram) zout
270 gram lauwwarm water


Voor de vulling:
350 gram rundergehakt
1 ui
½ rode (punt)paprika
1 groene peper (evt. vervangen door een halve groene paprika, is minder pittig)
4 (tros)tomaten (of 2 gewone tomaten)
1 handvol platte peterselie
1 eetlepel tomatenpuree
½ eetlepel (tatlı/milde) peperpuree
1 scheut zonnebloemolie
1 theelepel zout
½ theelepel peper
1 theelepel isot chilipeper (meer dan wel minder naar smaak)


Erbij:
1 zak gemengde sla
½ zak rucola
½ citroen
olijfolie
zout


Bereiding
Meng de bloem met de gist en voeg het lauwwarme water toe. Roer er de yoghurt en zonnebloemolie door, kneed even door en voeg dan ook het zout toe. Kneed het deeg ongeveer 10 minuten; hierdoor zet je de gluten goed aan het werk en is je Turkse pizza straks des te zachter. Is het na 5 minuten nog erg plakkerig voeg dan wat bloem toe, blijft het korrelig voeg dan nog wat water toe. Vet een kom licht in met wat zonnebloemolie en leg de bol deeg hierin. Draai het deeg om en rond zodat al het deeg licht ingevet is, dek de kom af met plastic (een plastic zakje of plasticfolie) en laat het deeg (op kamertemperatuur) anderhalf uur rijzen. 


Maak ondertussen de vulling klaar. Snij de ui, paprika, peper, peterselie en tomaten heel fijn. Meng de groenten met het gehakt en voeg ook de tomaten- en peperpuree, de zonnebloemolie en zout, peper en chilipeper toe. Roer het met een vork heel goed door: het moet redelijk 'smeerbaar' zijn, voeg eventueel nog een klein beetje tomatenpuree of zonnebloemolie toe. Zet het gehaktmengsel niet meer in de koelkast: als het koud is, is het lastiger om straks dun uit te smeren. Zet alvast de pan met deksel klaar waar je in wil gaan bakken en leg twee schone theedoeken neer om straks de Turkse pizza's tussen te laten afkoelen. 


Pak als de rijstijd voorbij is het deeg er weer bij. Duw de lucht eruit en verdeel het deeg dan in 10 bollen. Leg hier een theedoek overheen tegen het uitdrogen. Strooi ruim bloem op je werkblad en rol het eerst bolletje deeg uit tot een ronde plak deeg die in je pan past. Het deeg mag redelijk dun worden uitgerold (maar niet zo dun dat je er doorheen kan kijken). Smeer er daarna met een eetlepel wat van het gehaktmengsel (ongeveer anderhalve eetlepel) op. Smeer dit dun uit (voorzichtig zodat het deeg niet scheurt) en laat de randjes vrij. 


Zet de pan om te bakken op middelhoog vuur, invetten is niet nodig(!), vouw je lahmacun dubbel en leg hem voorzichtig in de pan waar je hem weer openvouwt. Doe dan de deksel op de pan (dit zorgt ervoor dat ook de bovenkant gaart) en laat de Turkse pizza in een minuut of vier mooi gaar bakken: de randjes mogen niet meer zacht zijn, de onderkant moet lichtbruin zijn en het gehakt gaar. Pas op dat het vuur niet te hoog of te laag staat: kijk dus af en toe even of alles naar wens verloopt. Ondertussen kun je vast de volgende lahmacun uitrollen en beleggen. Maak ook alvast de sla door de rucola met de gemengde sla te mengen en aan te maken met het sap van een halve citroen, olijfolie en zout naar smaak.


Is de eerste lahmacun klaar, leg deze dan op de theedoek en leg de andere theedoek eroverheen. Werk zo al het deeg af. Leg de volgende Turkse pizza met de vulling naar beneden op de eerste pizza (zo voorkom je dat de onderkant aan de vulling gaat plakken) en leg de daarop volgende weer met de vulling naar boven: zo leg je ze om en om op één grote stapel. Je zal merken dat de Turkse pizza's als ze net gebakken zijn nog hard zijn, maar zodra ze afkoelen worden ze weer zacht. Draai, als je alle lahmacuns hebt gebakken, de stapel in de theedoeken om en serveer dan de eerstgebakken lahmacun die nu weer zacht en op 'eettemperatuur' is. Traditioneel eet je lahmacun opgerold met gemengde sla (aangemaakt met olijfolie, citroensap en zout), platte peterselie en ui erin en natuurlijk drink je er ayran bij. Afiyet olsun!



Bewaren
Eenmaal afgekoeld kun je de Turkse pizza's het beste één keer dubbelvouwen en dan bewaren in plastic of aluminiumfolie. Zo houd je ze een dag vers (volgende dag even opwarmen in de magnetron, niet in de oven, dan worden ze hard). Wil je ze langer bewaren, dan kun je ze ook prima invriezen.  Laat ze dan als je ze weer nodig hebt in een afgesloten zakje ontdooien. Wil je ze opwarmen, doe dat dan bij voorkeur in de magnetron (ongeveer twee minuten op 600 watt): zo blijven ze lekker zacht.


woensdag 19 februari 2014

Chocoladefudge met gemengde noten

Zelfgemaakte kadootjes blijven toch het leukste! Sinds een paar jaar probeer ik zoveel mogelijk zelf bedankjes en kleinigheidjes te maken. Goedkoop, leuk én het wordt altijd heel erg gewaardeerd. Ook als we ergens op bezoek gaan probeer ik iets mee te nemen en dat geeft me ook direct de kans recepten uit te proberen zonder dat we alles zelf 'moeten' opeten (niet vervelend maar calorietechnisch gezien niet altijd even wenselijk...). Dus toen we hoorden dat één van de lieve peuterspeelzaalleidsters van Krullenbol weg zou gaan, moest daar natuurlijk een heel mooi bedankje voor worden gemaakt. Deze chocoladefudge met gemengde noten stond al langer op mijn lijstje en was ideaal voor deze gelegenheid. Fudge is lang houdbaar, je kunt het zelfs invriezen, en het is makkelijk in te pakken en te vervoeren. En het was maar goed dat ik deze chocoladefudge kon weggeven, want dit was zó lekker! De ingrediënten zijn eenvoudig maar de uitkomst is echt geweldig. Romig, zacht, met een diepe chocoladesmaak en af en toe een knapperig stukje noot. 


Deze chocoladefudge met gemengde noten deed me qua ingrediënten en bereidingswijze denken aan de snickerbars die ik eerder maakte, maar doordat hier minder vulling in gaat wordt deze fudge heel erg romig en zacht in plaats van crunchy (zoals de snickerbars). In plaats van pure chocola en melkchocola kun je natuurlijk witte chocola (en melk of puur) nemen, of voor één soort kiezen. Hetzelfde geldt voor de noten: ik gebruikte amandelen, walnoten en hazelnoten omdat ik die nog in de kast had liggen, maar eigenlijk alle soorten noten zijn geschikt. Pinda's lijken me ook erg lekker. Je kunt eventueel ook gezouten noten gebruiken, maar laat het extra snufje zout in het recept dan weg. En...waarschijnlijk weet iedereen het tegenwoordig wel, maar blikjes gecondenseerde melk verkopen ze in (vrijwel) elke supermarkt, bij de Aziatische producten.


Recept
Chocoladefudge met gemengde noten

Benodigdheden
1 blikje gecondenseerde melk
200 gram pure chocola
200 gram melkchocola
40 gram roomboter
90 gram gemengde noten
1 snufje zout


Bereiding
Hak de noten in grove stukken en hak ook de chocola fijn. Giet het blikje gecondenseerde melk in een pannetje en breng dit al roerende (!!) aan de kook. Blijf roeren en blijf erbij want het brandt snel aan. Zodra het kookt draai je het vuur uit en doe je de chocola en de boter in de pan. 


Roer het geheel goed door zodat alles smelt en goed mengt. Voeg dan de gemengde noten en het zout toe, roer nogmaals door zodat alles goed verdeeld is. Stort de fudge dan in een vorm die bekleed is met bakpapier (ik gebruikt mijn brownievorm). Strijk de fudge glad. 


Zorg ervoor dat het bakpapier aan beide kanten ruim overhangt en vouw dit bakpapier vervolgens naar binnen om de fudge goed af te dekken. Zet de fudge in de koelkast en laat dit een dag (of nacht) helemaal afkoelen en uitharden. Snij het daarna in vierkante blokjes.


Bewaren
Chocoladefudge met gemengde noten is redelijk lang houdbaar: zeker twee weken, in de koelkast. Alhoewel ik betwijfel of het zo lang zal blijven staan.. :)


maandag 17 februari 2014

Simit (Turkse bagels / Turkse sesamringen)

Simit zijn voor Turkije wat croissants voor Frankrijk zijn. Je kunt ze 's ochtends op elke straathoek krakend vers kopen en veel mensen die onderweg naar hun werk zijn ontbijten ermee. Simit zijn sesamringen en worden ook wel Turkse bagels genoemd, alhoewel ze niet zo heel veel weg hebben van een echte bagel. Typisch zijn de knapperige buitenkant met de lichtzoete smaak van de pekmez en natuurlijk de sesamzaadjes, en de luchtige zachte binnenkant. Traditioneel eet je simit met roomkaas (dat vind ik zelf ook de lekkerste variant). Koop je je simit bij een simitçi (verkoper op straat, met zo'n mooi karretje) dan heb je meestal de keuze uit sade (zonder beleg), peynirli (met smeerkaas) en çikolatali (met chocopasta). En dat alles voor slechts 30 kurus (zo'n 10 eurocent). Maar ja...in Nederland zijn ze niet of nauwelijks te koop, in ieder geval niet lekker of authentiek. Wat doen we dan...zelf simit maken natuurlijk!


Dit recept voor simit vond ik op de onvolprezen blog van Levine. Het maken van deze Turkse sesamringen is niet heel ingewikkeld, maar kost wel wat tijd, voornamelijk door de rijstijden. Ik begon om 8 uur 's ochtends met het deeg en om 12 uur 's middags stonden er versgebakken simit op tafel. En alhoewel ze natuurlijk niet precies hetzelfde smaken als in Turkije, leken deze simit verdacht veel op de 'echte' versie! Er wordt soms wel gezegd dat je de pekmez ook kunt vervangen door stroop of melasse, maar dat zou ik persoonlijk echt niet aanraden. Juist de pekmez geeft die typische smaak aan de simit. Het is in elke Turkse winkel te koop en als je dan meteen een paar zakjes blanke sesamzaadjes meeneemt, haal je over een paar uur krakend verse simit uit de oven!


Recept
Simit (Turkse bagels / Turkse sesamringen)

Benodigdheden (voor 10 stuks simit)
500 gram bloem
7 gram (1 zakje) droge gist
10 gram suiker
9 gram zout
300 gram water
4 eetlepels pekmez
2 eetlepels water
ruim voldoende (liefst blank) sesamzaad (ik gebruikte ongeveer 200 gram)
zonnebloemolie (om in te vetten)


Bereiding
Zorg dat het water lauwwarm is (ik zet de kom 45 seconden op hoog vermogen in de magnetron, dan is het precies goed). Strooi de gist en het suiker in het water, doe de bloem erbij en doe dan het zout erbij (laat het zout niet direct in aanraking komen met de gist, dan werkt de gist minder goed). Meng het even door met een pollepel en stort het dan op je werkblad zodat je goed kan kneden. Het deeg moet minstens 15 minuten gekneed worden: je merkt dat het steeds zachter wordt naarmate de tijd verstrijkt. 


Vet een kom licht in met zonnebloemolie, leg het deeg erin en draai het even rond zodat overal wat olie zit. Dek de kom af met plasticfolie en laat het deeg (op kamertemperatuur, dus niet in een koude keuken of gang) een uur rijzen. Sla het deeg dan door (duw de lucht eruit) en verdeel het in twintig gelijke stukken die je licht opbolt. Laat deze onder een theedoek een kwartiertje rusten. Zet in de tussentijd alvast twee diepe borden klaar: in ééntje giet je de pekmez gemengd met de twee eetlepels water (eventueel iets meer, afhankelijk van hoe dik je pekmez is) en in de ander doe je de sesamzaadjes. 


Bekleed twee bakplaten met bakpapier. Pak een bolletje deeg en rol deze met een deegroller uit tot een langwerpig plakje. Rol dit dan vanaf de onderzijde (dus in de breedte) op tot een rolletje. Druk de naad hiervan goed dicht en rol het rolletje dan met je handen steeds verder uit tot het 35-40 centimeter lang is. Leg onder een theedoek en werk zo alle bolletjes deeg af. Pak dan twee strengen deeg. Plak de twee punten aan elkaar vast en draai ze dan om elkaar heen. Ik vond het het makkelijkste om ze aan de punt vast te houden, op te tillen en dan zo om elkaar heen te 'vlechten'. Maak ze ook aan de onderkant aan elkaar vast en plak dan de twee punten aan elkaar zodat je een cirkel krijgt. Leg de deegring eerst in de pekmez (elke kant ongeveer 30 seconden) en leg hem daarna in het sesamzaad (ook weer even omdraaien zodat alle zijdes bedekt zijn met sesamzaad). Leg de simit daarna op de bakplaat en bedek weer met een theedoek. Er passen vijf simits op een bakplaat. 


Is de bakplaat vol, zet deze dan weer afgedekt met een theedoek weg op kamertemperatuur om nog drie kwartier te rijzen. Werk ondertussen het resterende deeg af. Verwarm vervolgens de oven voor op 200 graden. Zet, als de rijstijd verstreken is, de eerste bakplaat in de oven en bak de simit in ongeveer 15 minuten goudbruin en gaar. Bak vervolgens de andere bakplaat af.


Bewaren
Deze simit (Turkse bagels of Turkse sesamringen) zijn vers gebakken het lekkerst. Eenmaal afgekoeld kun je ze goed ingepakt nog een dag vers houden. Invriezen kan natuurlijk ook.