Elmalı kurabiye (Turkse opgerolde appelkoekjes)

Deze elmalı kurabiye (Turkse opgerolde appelkoekjes) zijn een van de eerste dingen die ik samen met mijn schoonzusje heb gebakken (het begin van vele mooie avonturen in haar keuken, zij is echt echt een kook- en bakwonder). Het zijn echte traditionele Turkse koekjes van wie iedereen wel een eigen recept heeft. Het recept wat ik van mijn schoonzusje gehad had, ben ik denk ik ergens tijdens onze verhuizing vorig jaar kwijtgeraakt en dus ging ik op zoek naar een goed recept. Bij de eerste poging stortten mijn koekjes totaal in, maar gelukkig kwam mijn redder in nood vriendin S. met een perfect recept. Net zo lekker als wanneer mijn schoonzusje ze maakt! 

Turkse appelkoekjes worden zacht na het afkoelen en doen daardoor nog het meest denken aan een soort een-haps-appeltaartjes. Alle soorten friszure appels zijn geschikt, ik gebruikte zelf Elstars. 'Officieel' hoor je de appels te schillen, ik heb ze met schil geraspt, Elstars hebben een dunne schil en door het koken wordt de schil toch zacht. De walnoten kun je natuurlijk ook weglaten of vervangen door een andere noot. Laat in ieder geval wel de vulling goed afkoelen en uitlekken, anders wordt je deeg zacht en slap bij het rollen. De citroenrasp door het deeg is niet traditioneel maar wel heel erg lekker :) . 

Recept
Elmalı kurabiye (Turkse opgerolde appelkoekjes)

Benodigdheden (voor twee bakplaten Turkse appelkoekjes)
Voor het deeg:
250 gram koude roomboter (of margarine)
3 eetlepels (150 gram) Turkse yoghurt
5 waterglazen (500 gram) bloem
1 waterglas (100 gram) poedersuiker
1 theelepel (7 gram, half zakje) bakpoeder
geraspte citroenschil van 1 citroen
1 snufje zout

Voor de vulling:
2 grote appels
2 eetlepels kristalsuiker
1 Turkse theeglaasje (50 gram) walnoten
1,5 (anderhalve) theelepel kaneel

Bereiding
Rasp de appels (met of zonder schil naar keuze) in een pan. Voeg de suiker toe. Laat dit op een heel laag vuur zachtjes een beetje garen (deksel niet op de pan!) tot de appels ongeveer 1/3 in hoeveelheid zijn geslonken en het meeste vocht is verdampt. Roer af en toe door. Hak ondertussen de walnoten fijn. Als de appels gegaard zijn (let op, kook het niet door tot het moes wordt) roer er dan de kaneel en de walnoten door. Giet het geheel dan in een vergiet om uit te laten lekken en af te laten koelen. Snij dan voor het deeg de boter in blokjes en doe deze samen met alle andere ingrediënten in een kom. Verkruimel eerst het deeg tussen je vingers en kneed het daarna goed door tot het een bal vormt (ik doe dit meestal gewoon op het werkblad, makkelijker dan in een kom). Het deeg moet soepel zijn en mag niet aan je werkblad blijven plakken: voeg eventueel een klein beetje bloem toe. Is het deeg erg droog en korrelig, voeg dan wat yoghurt toe. Vorm een bal van het deeg en leg het afgedekt in de koelkast voor minimaal een half uur, totdat de appelvulling is uitgelekt en afgekoeld.

Haal het deeg uit de koelkast en kneed het even door. Pak dan een bol ter grootte van een flinke mandarijn en rol (of duw) deze uit tot een cirkel. Snij de cirkel in 8 punten en leg op elke rand een klein beetje appelvulling. Rol vervolgens de koekjes een voor een op en leg ze op een met bakpapier bekleedde bakplaat. Duw de puntjes van de koekjes een klein beetje dicht zodat ze niet loslaten tijdens het bakken. Leg ze niet vlak naast elkaar want tijdens het bakken worden ze nog wat groter. Werk zo al het deeg af. Ik kon twee bakplaten vullen. Zet, als de eerste bakplaat vol is, deze alvast in de oven op 170 graden en bak de appelkoekjes in ongeveer een half uurtje lichtbruin en gaar. Bestuif ze als ze helemaal afgekoeld zijn met poedersuiker.

Bewaren
Deze elmalı kurabiye (Turkse opgerolde appelkoekjes) kun je goed afgesloten een dag of vijf vers houden.